Mijn yogajuf is behalve docente, ook evenementencoördinator aan de faculteit Psychologie van de Universiteit van Maastricht. Overdag geeft ze leiding aan het promoteam en is ze druk bezig met het organiseren van open dagen. ’s Avonds legt ze moeiteloos een stijve plank als ondergetekende in de banaan. Even voor degenen die niet aan yoga doen: de banaan is een houding waarbij je op de rug ligt, met de armen en benen zo ver mogelijk naar dezelfde kant gebogen. Ook al heb je geen geel pakje aan en lijkt het er in de verste verte niet op, het voelt als een banaan. Heel lekker.

Het voorbeeld van de yogadocente/evenementencoördinator staat niet op zichzelf. Ook in onze vriendenkring zie ik verschillende banenstapelaars, variërend van schaapscheerder/adviseur tot koerier/partyplanner. Een kijkje op LinkedIn, het digitale platform voor professionals, aangevuld met cijfers van het CBS bevestigt mijn vermoeden. De opkomst van de slashie is een niet te stuiten trend op de arbeidsmarkt. De slashie: genoemd naar de schuine streep die eraan te pas moet komen om duidelijk te maken wat iemand beroepshalve zoal kan en doet. Steeds meer mensen lijken hun ambities, interesses en energie niet kwijt te kunnen in één en dezelfde baan.

Sinds een jaar of vijf hoor ik ook bij de slashies. Naast het tikken van stukjes en aanverwante artikelen, werk ik als adviseur voor MEE, een organisatie die staat voor de maatschappelijke inclusie van mensen met een beperking. In het begin voelde het onwennig, die combinatie. Was ik nu een adviserende stukjesschrijver of een stukjes schrijvende adviseur? Verwarrend. Ik kon in die tijd geen microvarken zien –u weet wel, zo’n bonsaibeest dat van achteren op een hondje lijkt maar van voren toch een varken blijkt- zonder te denken: dat ben ik. Maar nu het verschijnsel een naam heeft, is dat gespleten gevoel helemaal over. Wat het minivarken is voor de kleinbehuisde varkensvriend, is de slashie voor de arbeidsmarkt: een passend antwoord op een eigentijdse vraag.

Deze column is gepubliceerd in de LImburgse kranten op 24 juni 2016.