Zo blijmoedig

Een collega schiet me aan. ‘Heb je zin om in de pauze een broodje met me te eten? Ik heb een verhaal voor je.’ Nu eet ik graag broodjes met zo’n blijmoedig iemand als deze collega, dus even later zitten we samen in een café.

‘Weet je, dertien jaar geleden was ik bijna dood geweest’ zo vertelt ze. ‘Ik was ziek. We hadden niet in de gaten hoe ernstig het was. Onze zoontjes, toen zeven en acht jaar oud, waren bij een vriendin ondergebracht, maar ik was nog gewoon thuis. Dacht nog aan een griepje. Totdat ik opeens met spoed naar het ziekenhuis moest.’ ‘En?’ Ik vraag het voorzichtig.

‘Hersenvliesontsteking gevolgd door een hartstilstand. Ik weet alleen nog dat ik dacht: ik heb twee jonge kinderen, ik kan nog niet gaan. Verder niets. Geen tunnel, geen licht, niets.’ Ze neemt een hap. ‘De jongens waren dus in Sittard bij mijn vriendin. Bij het horen van een sirene renden ze opgewonden naar het raam aan de voorkant van het huis. ‘Kijk! Een ziekenauto! En papa rijdt er keihard achteraan!’ Dan is ze even stil.

‘In het begin kon ik niets meer. Ik wilde mijn tanden poetsen maar had geen idee hoe ik die borstel naar mijn mond moest brengen. Autorijden, ook zoiets. Ik zie me nog achter het stuur zitten en denken: wat nu? Maar stukje bij beetje kwam alles terug: de vaardigheden, de herinneringen. Nou ja, alles…bijna alles. Voor het laatste restje dat ik mis, kwam iets anders in de plaats. Dat is wat jij dus ‘zo blijmoedig’ noemt.’

Deze column is gepubliceerd in Dagblad de Limburger en het Limburgs Dagblad op 19 december 2014.

 

4 gedachten over “Zo blijmoedig”

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.